De monumentale boerderij Ouderzorg in Rokkeveen wordt gesloopt. En in oude luister weer opgebouwd. In de schuur komen vijf nieuwbouwwoningen. Het pand blijft een monument. Als het aan wethouder Robin Paalvast ligt, is dat de toekomst van de boerderij. Een ding is zeker: het Zoetermeerse college gaat voor 3 mei besluiten dat de boerderij Ouderzorg een monument blijft.
Dat bleek gisteren tijdens de commissievergadering Samenleving. Het verzoek van de erven Vollebregt om de monumentenstatus van het pand te verwijderen, wordt daarmee genegeerd. De erfgenamen hadden om verwijdering gevraagd, omdat de boerderij bouwvallig is en in hun ogen geen toekomst meer heeft. Herstellen kan, maar loopt in de honderdduizenden euro’s, slopen mag niet zolang het pand een monument is.
Bezwaar
Het college besloot in november 2016 het advies van de Stadsbouwmeester te volgen en de aanwijzing tot gemeentelijk monument niet in te trekken. De erfgenamen maakten bezwaar tegen dit besluit bij de commissie Bezwaarschriften. In het advies schrijft de commissie dat het college het besluit moet herroepen en dus de monumentenstatus van de boerderij moet verwijderen. De commissie vindt dat het college niet alle belangen voldoende heeft afgewogen en dat het belang van bewaarmakers zwaar(der) moet wegen. Ook de commissie vindt dat de boerderij onbewoonbaar en onverkoopbaar is.
Afwijken van advies
Toch ziet het ernaar uit dat het college het advies van de bewaarcommissie naast zich neerlegt. Ze wil de monumentenstatus van de boerderij handhaven. En dat kan, want het plaatsen en verwijderen van monumenten op de lijst van gemeentelijke monumenten is een bevoegdheid van het college. De gemeenteraad heeft daar niets over te zeggen. Het is aan het college om een besluit te nemen over het ingediende bezwaarschrift en het kan daarbij afwijken van het advies van de commissie Bezwaarschriften.
Scenario’s
Wethouder Paalvast erkende tijdens de commissievergadering dat het behoud van de monumentenstatus wel erg zuur is voor de erven Vollebregt. Op dit moment is de boerderij onverkoopbaar en verzakt steeds verder. Aanpassingen aan de fundering lopen in de honderdduizenden euro’s. Paalvast heeft daarom een onafhankelijk taxateur mogelijke oplossingen in kaart laten brengen. "We willen graag met de erfgenamen meedenken over hoe de kosten in de hand zijn te houden", aldus Paalvast. De eerste oplossing: restaureren van de boerderij en daarna verkopen. “De taxateur komt tot de conclusie dat dat financieel positief kan uitvallen, maar de financiële risico’s voor de erfgenamen zijn enorm. Daarom is deze variant niet de oplossing”, aldus Paalvast. De tweede optie: restaureren van boerderij zelf en slopen van de schuur. “Dat kost heel veel geld en daarvan zegt de taxateur ‘moet je niet doen’. De taxateur komt eigenlijk tot de conclusie dat het behouden van de bestaande boerderij geen haalbare kaart is.”
Oude stijl
In scenario 3 wordt de boerderij volledig gesloopt en in originele staat herbouwd. Daarnaast komt er een nieuwe schuur. “De boerderij behoudt de monumentenstatus, de schuur niet meer”, aldus Paalvast. “Daarmee kun je op het erf vijf woningen realiseren om de herbouw van de boerderij te betalen. In het vierde scenario sloop je alles en zet er ‘iets’ voor terug in oude stijl. Ook dat levert geld op maar de monumentenstatus gaat verloren. En dat willen we niet. Wij gaan voor scenario 3. De bestaande boerderij behouden is geen optie. Nieuwbouw is dat wel, met behoud van de monumentenstatus.“ Of het ook daadwerkelijk gaat gebeuren, blijft de vraag. De erfgenamen kunnen nog naar de rechter om het collegebesluit aan te vechten.