Bram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: De fotografische geheugens van Filarski-Cats
In zijn rubriek in het Limburgsch Dagblad van 7-1-69 keek Herman Filarski nog eens met enige weemoed terug op een heel bijzonder spel uit 1949, dat hij samen met Martin Cats speelde. Martin Cats was lange tijd de bridge-partner van Fliarski bij de Continental Club en was gedurende een lange reeks van jaren één der beste spelers van Nederland. De OW-plaatsen werden ingenomen door Martijn Cats en Herman Filarski. Zij speelden tegen onder meer mr. Ernst Heldring, oud-voorzitter van de NBB, op de Zuidplaats.
N/N Zeldzame combinatie uit 1949
Vooraf: Zuid speelde drie SA. Het hele spelverloop is lastig te volgen. Maar wat zouden OW met veel geluk of met fotografische geheugens kunnen maken, kijkend naar de roos? Oost gaat AV9 van schoppen maken, want zit hiermee heel gunstig achter Noord. West heeft vijf harten en houdt een vrije harten daarvan over voor de laatste drie slagen. Ook ruitenheer heeft hij dan nog vrij in handen. Met enig geluk of door een fotografisch geheugen komt hij in de elfde slag aan slag met de klaver acht (in de laatste vier slagen hebben Noord en Oost alleen nog klaveren in handen!). Het is alsof beide heren met open kaart spelen: de lage klaverenkaarten spelen daarbij de hoofdrol!
Spelverloop. West startte met hartenboer voor Zuids hartenaas, Zuid speelde schoppen vijf na, legde op tafel (in Noord) de boer die Oost met schoppenvrouw nam. In slag drie volgde harten zes die Zuid won met hartenheer. In slag vier volgde schoppen, Noord legde schoppen tien — en Oost weigerde! Leider Zuid dacht nu natuurlijk, dat West schoppenaas had en speelde daarom in slag vijf uit Noord ruiten na, waarop Oost direct ruitenvrouw (!) speelde. Zuid nam de slag toch om schoppen door te spelen, West klaver twee, Noord schoppenheer en Oost schoppenaas. Oost incasseerde nu zijn vrije schoppen negen, Zuid ruimde harten drie op en West harten acht. In slag acht speelde Oost ruiten na, Zuid de boer — maar West nam niet! Zuids ruitens waren nu verder waardeloos, Zuid maakte nu in slag negen hartenvrouw (?) waarop West bekende en Oost klaver vijf opruimde.
In de negende slag kwam pas de foute actie, want hartenvrouw speelt de laatste harten bij West vrij – met klaver zeven was 3SA nog steeds maakbaar geweest volgens double dummy (*).
Zuid had intussen zes slagen gemaakt, OW drie schoppenslagen, en Zuid speelde klaver zeven na als eerste klaverenslag. Wanneer West klaver acht speelt, wint Noord met klaveraas en speelt klaver drie terug, waardoor NZ nog twee slagen maken, en OW nog één slag omdat Oost lastig in dwang zit met al zijn klaveren. West speelde echter klaver vier bij, Noord nam klaveraas in de tiende slag en Oost gooide klaver tien onder! Noord kon in ieder geval zijn klaverheer nog maken, maar zou dan één down gaan. Hij speelde daarom klaver drie terug in de hoop dat Oost aan slag zou komen met een klavertje, dan kon hij daarna zijn laatste twee klaveren nog maken. Helaas voor leider Zuid, gooide Oost laag bij en kwam West door klaver acht aan slag, en West maakte nog zijn vrije harten en vrije ruiten. Twee down! Ik kan me niet herinneren dit partijtje in tactisch of technisch opzicht ooit sinds 1949 nog overtroffen te hebben, aldus Herman Filarski.
(*) Klaveren zeven op de negende slag is voor de aas in Noord; Noord komt terug met de klaverenheer (tiende slag), en vervolgens met ruiten acht naar de heer in West (elfde slag), die slechts met harten kan terugkomen voor de vrouw in Zuid (twaalfde slag), en Zuid heeft dan nog een vrije ruiten voor de laatste slag: contract gemaakt!
Bram Doeves (