Bram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: De kastelein betreurt de bridgecomputer
Nu is de einduitslag “gewoon” een “druk op de knop” aan het einde van 24 spellen op een avond. Maar is dat wel zo “gewoon”?
Naar Herman Filarski (23-3-74) over de geschiedenis van de computer bij het berekenen van de bridge-uitslagen naar aanleiding van “Nijmegen 1974”
Met hoofdpijn en doorwaakte nachten de goede einduitslag in 1962
Computers hebben al in 1962 tijdens de WK te Cannes getracht de toernooi-uitslagen te berekenen. Het moest immers allemaal sneller en foutlozer kunnen. Maar ja, de computer werd door dubieuze gegevens gevoed en weigerde medewerking. Met veel hoofdpijn en doorwaakte nachten bereikten de geplaagde menselijke becijferaars de goede einduitslag.
De computer: van enkele uren naar minder uren voor de goede einduitslag in 1966
Tijdens de WK in 1966 te Amsterdam bleek men van het Franse experiment weinig te hebben geleerd. Woedende journalisten moesten naar hun kranten doorgeseinde en later onjuist gebleken einduitslagen herzien. Een topbecijferaar rekende alles met hoofd en hand in twintig minuten nèt zo uit als de machine in enkele uren. Tegen het einde van het Amsterdamse toernooi ging het veel beter, maar men moest bij de internationale journalisten niet meer met het woord computer aankomen.
De computer: in een half uur de goede einduitslag in maart 1974 in Nijmegen
In maart 1974 werd te Nijmegen een nieuwe proef genomen ter gelegenheid van een toernooi voor personeel uit diverse Philips-bedrijven. De zeer volledige resultaten der 128 paren waren al binnen een half uur kant en klaar, wat dan ongeveer vijfmaal zo snel was als de tijd van de rekenmeesters bij de meeste onzer grote parentoernooien. De enige die dit zal betreuren is de kastelein. En zeker voor de grote parentoernooien was toen het einde in zicht van de vaak met tientallen personen bezette “rekenkamers" en de urenlange wachttijden op de einduitslag.
Ten slotte stond het volgende “vierschoppenspel” in deze rubriek, dat bij goed tegenspel niet te winnen is…
Overigens, bij bieden komt Prof Jack inderdaad uit op drie schoppen voor NZ (slagen van OW staan vetgedrukt).
Afspel. West komt volgens double dummy (beste afspel bij open kaart) verplicht op met een klavertje als hij het spel down wil spelen. Oost neemt met klaveraas en komt terug met harten negen, in de hoop dat West met harten terugkomt voor introever in Oost. Dus Zuid moet deze slag nemen met zijn hartenaas. Zuid kan nu onder meer terugkomen met schoppenaas en schoppenvrouw, om introever bij Oost te elimineren. In de vijfde slag komt West via zijn schoppenheer weer aan bod. West kan nu ook met troef terugkomen om de introever van Noord op klaveren te elimineren. De slag kan genomen worden door Zuid die met ruiten twee kan terugkomen, voor de aas in Noord die met ruiten terugkomt voor een introever in Zuid. Als Zuid met harten terugkomt, is die voor de hartenheer in West en vervolgens maken OW ook nog de klaverheer in Oost. Maar ook als Zuid terugkomt met een klaver, dan zal die actie OW niet beletten om ook deze beide slagen uiteindelijk nog te gaan maken: één down.
Bram Doeves (