De geschiedenis van Zoetermeer gaat duizend jaar terug in de tijd. In een reeks verhalen nemen wij u mee op reis door deze duizend jaar geschiedenis. Beginnende bij het ontstaan van het Zoetermeerse Meer en eindigend bij de bouw van Oosterheem. Deze keer: De Spar.
Adrianus van Well nam het initiatief om te komen tot de oprichting van De Spar, in 1932. Het was echter zijn grootvader, Antonius van Well, die als eerste een winkel opende in Zegwaart. Antonius is geboren in Oss in 1825 en vertrok vijfentwintig jaar later, net als zijn broer Louis, naar Amsterdam. Hij trouwt met Anne Alida Harmsen en ze krijgen negen kinderen. Antonius ging aanvankelijk aan het werk als bakkersknecht en bouwde later aan de Vijzelsgracht een zaak op in wijnen en gedestilleerde dranken. Tegelijkertijd worstelt Antonius met astma en volgens overlevering adviseerde de dokter hem toen om het in die tijd vuile en volle Amsterdam te verruilen voor het platteland. In 1880 vestigt hij zich in Zegwaart en koopt daar de winkel van winkelier Hijlke Tuininga. Antonius blijft echter terugverlangen naar de stad en tussen 1882 en 1884 verhuist hij zelfs even terug om daarna ook weer terug te keren in Zegwaart. Zijn tweede zoon, Louis, speelde ondertussen een steeds belangrijkere rol in de zaak.
Adrianus J.M. van Well
De zoon van deze Louis, Adrianus J.M. van Well, neemt in de jaren twintig de dan goedlopende grossierderij en winkel in Zegwaart over van zijn vader. Net als zijn broers Jan en Antoon bezoekt Adrianus de Vincenthuisscholen voor Voortgezet Onderwijs (handelsopleiding) in de Paramaribostraat in Den Haag. Daarnaast krijgt hij nog een praktijkopleiding van zijn vader. In 1925 trouwt Adrianus met Huberta Hubben en op 15 juni 1926 wordt de eerste steen gelegd van nieuwbouw achter het woonhuis met winkel van de familie Van Well. De nieuwbouw bestond uit twee pakhuizen en Adrianus zag dit vooral als een investering in de grossierderij.
Drie jaar later krijgt de handel een flinke klap tijdens de beurskrach van 1929 en de situatie wordt nog slechter tijdens de daaropvolgende economische crisis. De klanten vormen een voortdurende bron van zorgen. Volgens Adrianus betaalt de ene helft helemaal niet en de andere helft bedingt zulke lage prijzen dat hij er niet van kan eten. Daarnaast heeft Adrianus hevige concurrentie. In de eerste plaats vanuit de kruideniers. Alleen al Den Haag telt in 1927 1202 kruideniers, 1 kruidenier op 346 inwoners. Daarnaast is er veel concurrentie tussen de grossiers. Veel goederen worden op krediet gekocht. Wanneer de grossier weigert om goederen nog langer op krediet te leveren, stappen de kruideniers over naar een andere grossier waar men wel op krediet kan kopen. Sommige kruideniers stappen maar liefst vijf keer over naar een andere grossier.
Daar boven op komt de concurrentie van de verbruikscoöperaties. Deze ontstaan voor het eerst in Groot-Brittannië en de leden van deze coöperaties, bijvoorbeeld mijnwerkers, fabrieksarbeiders of boeren, kopen gezamenlijk goederen in. Deze goederen worden zo nodig verder verwerkt en uiteindelijk verkocht aan de eigen leden. De winkelketen Coop is op deze manier ontstaan. En tot slot zijn er de grootwinkelbedrijven die opkomen. Voorbeelden van dergelijke bedrijven in die tijd zijn Albert Heijn, De Gruyter, Simon de Wit en de Edah.
De Spar
Adrianus moet op zoek gaan naar een manier om zijn zaak in Zegwaart overeind te houden en de oplossing vindt hij in een artikel in het Nederlandsche Weekblad voor den Groothandel in Levensmiddelen. In het artikel schrijft J.F. ten Doesschate, secretaris van de Nederlandse Grossiersbond, over de vrijwillige filiaalvorming door grossiers en winkeliers in de Verenigde Staten. Door de kosten binnen het bedrijf omlaag te brengen kunnen de prijzen voor de consument verlaagd worden terwijl er voor het bedrijf een redelijke nettowinst over blijft.
Filiaalbedrijven hebben het voordeel van veel lagere exploitatiekosten, reclame wordt gezamenlijk gemaakt en er komen minder grossiers over de vloer. Hierdoor kunnen de winkeliers veel meer tijd besteden aan de verkoop en krijgen de grossiers minder kleine orders binnen waardoor zij de kosten kunnen drukken. Idealiter zouden de winkeliers bovendien al hun artikelen bij één grossier inkopen en de grossiers zouden onderling met elkaar samenwerken.
Op 28 juni 1932 nodigt Adrianus een aantal van zijn winkeliers uit om de volgende dag bij hem over een inkoopcentrale te komen praten. Over verkoop en andere zaken wordt nog niet gesproken. De opkomst de volgende dag, op een woensdagavond, is zo groot dat de vergadering wordt verplaatst van het kantoor naar de bovenverdieping van het bedrijf. Zittend op pakkisten houdt Adrianus een vurig pleidooi voor samenwerking tussen hem als grossier en de zelfstandige winkeliers. Na een lange avond stemmen 16 winkeliers in met toetreding en op 1 juli wordt er een samenwerkingsorganisatie opgericht. Kort daarna ontstaat de naam De Spar, Door Eendrachtig Samenwerken Profiteren Allen Regelmatig, en wordt het logo geïntroduceerd, een groene spar. De spar staat voor eeuwig groene takken aan een levende boom, en ook voor hoop en voorspoed.
Als u meer wilt weten over dit verhaal, kijk dan ook op www.sachavanvlaardingen.wordpress.com.
Tekst: Sacha van Vlaardingen
Foto 1: Antonius van Well (geb 25-03-1825 in Oss) Foto: Stadsarchief Gemeente Zoetermeer, fotograaf: Laddé, M.H.
Foto 2:Lagereinde van de Dorpsstraat. Hoogste punt van de bouw van een van de pakhuizen bij van Well, de Spar vestiging. Op 15 juni 1926 was de eerste steen legging. Foto: Stadsarchief Gemeente Zoetermeer, Historisch Genootschap Oud Soetermeer.
Foto 3: De SPAR-winkel aan het einde van de Dorpsstraat, op het voormalige terrein van de Fa. van Well, de grondlegger van de SPAR-organisatie. Midden jaren 90 is deze winkel uit de Dorpsstraat vertrokken. Foto: Stadsarchief Gemeente Zoetermeer, Fotograaf: Hoogland, A. (Aat)