U heeft zich vast wel eens afgevraagd waarnaar een straatnaam vernoemd is of wat de betekenis is. In onze vaste rubriek 'Straat in beeld', hebben wij dit voor u uitgezocht. Deze week: de Titus Brandsmahove in Buytenwegh.
Titus Brandsma werd geboren als Anno Sjoerd Brandsma te Oegeklooster bij Bolsward op 23 februari 1881. Hij was een Nederlandse karmelietenpater en hoogleraar en publicist uit Friesland. Brandsma was specialist in middeleeuwse mystiek en zelf mysticus. Als sterk maatschappelijk betrokken priester nam hij initiatieven op het gebied van de katholieke emancipatie, het katholieke onderwijs en de journalistiek.
Anno Sjoerd Brandsma studeerde van 1892 tot 1898 aan het gymnasium van het Minderbroederklooster St. Antonius van Padua te Megen (Noord-Brabant). In 1898 trad hij in bij de karmelieten waar hij de kloosternaam Titus aannam. Hij legde zijn kloostergeloften in 1899 af en werd in 1905 tot priester gewijd. Na zijn priesterwijding studeerde hij in Rome aan de Pontificia Università Gregoriana in Rome waar hij promoveerde tot doctor in de wijsbegeerte (filosofie).
Na zijn terugkeer in Nederland werd Titus Brandsma docent aan het studiehuis (Filosoficum) van de karmelieten in Oss, hij doceerde daar filosofie, sociologie en kerkgeschiedenis. Daarnaast werd hij ook hoofdredacteur van een lokale krant in Oss en omgeving, De Stad Oss en hij stichtte een katholieke HBS, het huidige Titus Brandsmalyceum.
Hij was lid van het hoofdbestuur van de orde en speelde een belangrijke rol bij de vernieuwingsbeweging onder de karmelieten in Nederland. Als geestelijk adviseur van de Nederlandsche Rooms-Katholieke Journalistenvereeniging was hij een groot voorvechter voor de modernisering van de katholieke dagbladpers in Nederland en streed hij voor betere arbeidsvoorzieningen voor katholieke journalisten.
Pas na zijn overlijden werd zijn voorstel voor het oprichten van een journalistenopleiding overgenomen en tot uitvoer gebracht.
Karmelitaanse mystiek
Brandsma ontwikkelde zich tot een groot kenner van de Karmelitaanse mystiek en de Moderne Devotie. Hij vertaalde onder andere een deel van de 'Werken der Heilige Theresia' in het Nederlands en van het belangrijke tijdschrift Ons Geestelijk Erf was hij één van de oprichters. Het huidige Titus Brandsma Instituut te Nijmegen is in het bezit van zijn uitgebreide verzameling kopieën van middeleeuwse mystieke handschriften.
Brandsma hield zijn spirituele leven streng gescheiden van zijn maatschappelijk bestaan, hij stond bekend als een vrome, behulpzame, opgewekte en integere persoonlijkheid.
In 1923 werd Brandsma hoogleraar aan de in dat jaar gestichte Katholieke Universiteit Nijmegen, de huidige Radboud Universiteit, hij doceerde er wijsbegeerte en mystiek. Tijdens het collegejaar 1932/33 werd hij rector magnificus van deze universiteit.
Friesland lag hem als provincie waar hij geboren was na aan het hart. Dat kwam onder meer tot uiting in zijn streven om het Fries als taal opgenomen te krijgen in het lesprogramma van lagere scholen in de provincie. Als bestuurslid van de Vereniging voor Hoger Onderwijs in het Fries pleitte hij voor een leerstoel in het Fries en hij was lid van de natuurbeschermingsorganisatie it Fryske Gea en medeoprichter van het Rooms Frysk Boun en van de Fryske Akademy.
Verzet
Brandsma zag de gevaren van het nazisme, rassenhaat en ophitsing al heel snel en waarschuwde daarvoor via publicaties in dag- en weekbladen en tijdens lezingen en colleges.
In 1936 was hij lid van het door Nederlandse geleerden en kunstenaars opgerichte Comité van Waakzaamheid tegen het nationaalsocialisme. In 1941 protesteerde hij fel tegen het verwijderen van joodse leerlingen en bekeerlingen van katholieke middelbare scholen en was hij de initiatiefnemer van het verbod dat de Utrechtse aartsbisschop Jan de Jong uitvaardigde tegen het opnemen van NSB-advertenties in de katholieke dagbladen.
Deze activiteiten werden echter gesignaleerd door de Duitse Sicherheitsdienst en door hen betiteld als wühlarbeit: ondergrondse activiteit. Brandsma werd betiteld als een gevaarlijk persoon die het nazisme bestreed. Dat was de aanleiding om hem begin 1942 te arresteren. Na zijn arrestatie kwam hij via een tocht langs de gevangenis van Scheveningen, kamp Amersfoort en de strafgevangenis van Kleef uiteindelijk in het concentratiekamp Dachau terecht. In Amersfoort sloot hij vriendschap met een jonge gereformeerde predikant, ds. Johannes Kapteyn. Op 13 juni werd Brandsma in Kleef aan Kapteyn vastgeketend voor het transport richting Dachau, waar ze op 19 juni arriveerden. Brandsma kreeg nummer 30492 en Kapteyn nummer 30493. Ze werden samen geplaatst in de barak van de Poolse geestelijken.
Zelfs in deze barre omstandigheden bleef Brandsma volgens getuigenissen van overlevenden een grote morele, spirituele en daadwerkelijke steun voor zijn medegevangenen. Na enkele weken vol ontberingen en mishandelingen werd hij uitgeput en doodziek in het kamphospitaal opgenomen, waar hij het bewustzijn verloor. Op 26 juli 1942 om twee uur 's middags werd aan Titus Brandsma een dodelijke injectie toegediend, waarmee een einde aan zijn leven kwam. Titus Brandsma werd slechts 61 jaar.
Paus Johannes Paulus II verklaarde hem in 1985 als martelaar voor het geloof zalig en op 25 november 2021 werd bekend gemaakt dat paus Franciscus de pater karmeliet heilig gaat verklaren. De paus heeft een wonderbaarlijke genezing erkend, die aan Brandsma toegeschreven wordt. Het wonder dat aan Brandsma wordt toegeschreven, draait om een priester in Florida, die in 2004 op wonderbaarlijke wijze genas van kanker. Deze geestelijke droeg onder meer een klein stukje van een pak van Brandsma op zijn hoofd, verwerkt in een hoed.
Zie voor een overzicht van alle straten: Straat in beeld
Bron: Wikipedia, AD
Tekst: Vera Voogt
Foto's straat: Jeroen Stahlecker