‘The greatest Flowershow on Earth’, de wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade, werd in 1960 voor het eerst georganiseerd in Rotterdam. Tweeëndertig jaar later werd de vierde editie gehouden in Zoetermeer. Een terugblik op deze editie en wat er aan vooraf is gegaan.
Tien jaar eerder vond in Amsterdam, in het Gaasperpark, de derde editie plaats. Toen al, in 1982, werd de Tuinbouwraad, die de Floriade organiseert, op de hoogte gebracht van de gezamenlijke kandidaatstelling van Den Haag en Zoetermeer. De besturen van de twee gemeenten wilden zo voldoende tijd nemen om de voorbereidingen goed te kunnen treffen. Volgens de heer Groot van de Tuinbouwraad was deze kandidaatstelling nog wat aan de vroege kant omdat er na de sluiting van de Floriade in 1982 eerst nog een uitgebreide evaluatie zou plaatsvinden. In een later stadium zouden de kandidaten bekeken gaan worden.
Ook andere gemeenten stelden zich kandidaat waaronder Amsterdam, Rotterdam/Hoek van Holland, het Utrechtse Nieuwegein en Arnhem. Alle kandidaten wezen een terrein aan waar het terrein van de Floriade aangelegd zou kunnen worden. Op voorstel van de wethouders Vind (Den Haag) en De Rooij-Huizer (Zoetermeer) werd er een werkgroep ingesteld die ging onderzoeken waar de Floriade eventueel zou kunnen komen en uiteindelijk kwam Rokkeveen daarbij als beste plek naar voren. Een plek dat in het midden ligt tussen de Bollenstreek, het Westland en de boomkwekerijen rond Boskoop. Bovendien had het goede vervoersverbindingen. Op 10 september 1983 Bekeken de vertegenwoordigers van de Tuinbouwraad de locatie en op 2 november 1984 besloot de Tuinbouwraad dat de Floriade in 1992 in Zoetermeer gehouden zou gaan worden.
Ecodrome; Bron: Beeldbank; Historisch Genootschap Oud Soetermeer; fotograaf Hoogland, A (Aat)
Ontwerp en aanleg
Op 21 februari 1986 presenteerden de hoofdontwerpers van de Floriade, Van der Ham en De Ruijter, de door hun gemaakte ontwerpen tijdens de algemene ledenvergadering van de Nederlandse Bond van Boomkwekers in de Utrechtse jaarbeurs. Het terrein van de tuinbouwtentoonstelling zou direct aan de snelweg en spoorlijn Utrecht – Den Haag komen te liggen. 55 hectaren agrarisch land zou in een periode van zes jaar veranderd gaan worden in een expositieterrein en nog eens 25 hectaren in een staatsbos ten behoeve van de Floriade. De helft van het terrein zou na de tentoonstelling plaats gaan maken voor een nieuw te bouwen woonwijk.
Een maand later, op 20 maart, ging de eerste spade de grond in. Drie jaar plantte minister Braks van Landbouw, geassisteerd door een groepje schoolkinderen de eerste boom op het terrein.
Handel
Als Wereldtuinbouwtentoonstelling heeft de Floriade een belangrijk handelskarakter. Volgens de toenmalig woordvoerder van de Stichting Floriade, de heer Van Nes, bestonden de eerdere edities van de Floriade vaak voor meer dan 75 procent uit een uitstalling van producten. Maar de Floriade wilde ook aan het grote publiek laten zien wat er in onze samenleving allemaal samenhangt met de tuinbouw. Daarom kreeg de Floriade in Zoetermeer zeven thema’s met allemaal hun eigen gebied op het terrein: vervoer, productie, consument, milieu, toekomst, wereld en recreatie. Bij de entree kreeg de PTT een eigen stand in de vorm van drie groene bollen waarin het publiek uitleg kreeg over de rol van moderne informatietechnologie in het transport van tuinbouwproducten.
Aart's paradijs; bron: Beeldbank; Historisch Genootschap Oud Soetermeer; fotograaf: Hoogland, A (Aat)
Het overheidspaviljoen kreeg de naam Aart’s Paradijs. Aart Worm, een twee meter lange, computergestuurde worm, was gastheer in een ondergronds controlecentrum waar hij de productie van groente, bloemen en fruit regelde. Daarbij kreeg hij te maken met onder andere gifafval en heiwerkzaamheden.
Op het terrein kwam ook een expohal met een afmeting van tienduizend vierkante meter waar diverse elkaar opvolgende binnententoonstellingen gehouden werden en waarin ook een handelscentrum werd opgenomen.
Bloementerras langs de vijver bij Ganzevoetplein met op de achtergrond een oude Haagse tram; Bron: beeldbank, Historisch Genootschap Oud Soetermeer; fotograaf: Hoogland, A (Aat).
Bloemen en planten
In een apart gedeelte van het park, met als thema Wereld, bevonden zich de internationale inzendingen, wereldtuinen, vanuit ongeveer dertig landen waar onder Frankrijk, Oostenrijk, Indonesië en Japan. Op het gehele park werden 4500 bomen, 70.000 heesters, 25.000 potplanten, 6000 rozen (in 90 verschillende soorten), 7000 varens en 500.000 (20 hectaren) bollen geplant.
De 'Kolossos' van kunstenaar Rob Scholte. Bron: Beeldbank; Historisch Genootschap Oud Soetermeer; Fotograaf: Kler, Joke en Dick de.
Naast de bloemen, planten, bomen, groente en fruit dat de bezoekers buiten, en binnen in kassen, op het park konden bekijken, hadden vierentwintig binnenlandse en buitenlandse kunstenaars speciaal voor de Floriade kunstwerken ontworpen die onderdeel uit maakten van de tentoonstelling Allocaties. Een van deze kunstwerken heette de Kolossos, een zes meter hoge, draaiende kop van kunstenaar Rob Scholte. En in het themagebied Recreatie kwamen drie follies te staan van architect Erik Knippers.
Om overal goed te kunnen komen waren er ook transportmiddelen waarmee bezoekers hun weg over het terrein konden vinden. Vanuit het Ganzevoetplein bij de entree reden er bijvoorbeeld Haagse Trams naar een uitzichtpunt bij de A12 en een monorail in de vorm van een rups bracht de bezoekers van de expohal naar de inzendingen van de Hoogheemraadschappen en een 74 meter hoge uitkijktoren.
Koningin Beatrix in Zoetermeer om de Floriade te openen. Geheel links commissaris van de Koningin in Zuid-Holland S. Patijn; bron: Beeldbank; Historisch Genootschap Oud Soetermeer.
Op 9 april 1992 opende toenmalig koningin Beatrix in de expohal, in aanwezigheid van ministers Lubbers, Bukman en Andriessen en een groot aantal ambassadeurs, met het neerlaten van de vlaggen van de deelnemende landen de Floriade, die open bleef tot half oktober.
Tekst: Sacha van Vlaardingen
Bronnen: